“Ik, verbalisant Janssen, zag dat de demonstranten veelal goed herkenbaar waren als demonstrant. De demonstranten betroffen veelal ‘krakers’, die donkere (veelal zwart/donkergroen/donker gekleurde) kledingstukken droegen. Deze waren veelal voorzien van anarchistentekens. Ook hadden veel demonstranten (half) lang onverzorgd (geverfd) haar en gezichtspiercings.”
Deze zin uit het proces-verbaal van C. Janssen, hoofdinspecteur van politie, werkzaam bij Politie Haaglanden bleef maar door mijn hoofd spoken toen ik woensdag in het Gerechtshof te Den Haag naar de 9 beklaagden luisterde die in een halve cirkel voor de rechter en de officier van justitie zaten. Ze waren tezamen met 96 anderen op 15 oktober 2009 aangehouden omdat ze geen gehoor zouden hebben gegeven aan de vordering zich te verwijderen na de demonstratie tegen het initatiefwetsvoorstel Kraak en Leegstandswet waarover in de Tweede Kamer gestemd zou gaan worden.
Even de feiten op een rijtje: de demonstratie begon om 13.00 uur en was niet aangemeld maar wel gefaciliteerd door de burgemeester van Den Haag.
Er waren ongeveer 360 demonstranten volgens de politie, 300 op het plein en 60 op de publieke tribune van de Tweede Kamer.
Hoewel de demonstratie, op enkele kleine incidenten na die meteen veelal door de demonstranten zelf in de kiem werden gesmoord, zonder enig probleem verliep besloot de burgemeester deze om 20.00 uur te ontbinden. Door middel van oproepen per megafoon werd onder luid boegeroep en gefluit iedereen gesommeerd te vertrekken. Daarnaast werden er circa 25 flyers uitgedeeld waarop stond dat gevorderd werd het plein te verlaten. Slechts circa 25, omdat een aantal demonstranten er propjes van maakten en die naar de paarden van de politie gooiden; ondanks de zware trainingen die deze strijdrossen ondergaan, om ze bestendig te maken tegen rookbommen, brandende en/of rondvliegende projectielen en mitrailleurvuur, blijken volgens het proces-verbaal van de politie propjes papier nu net datgene te zijn waar de paarden niet tegen kunnen.
Om 21.40 uur werden de toen nog overgebleven demonstranten gevorderd het plein te verlaten met de mededeling dat men anders zou worden aangehouden, waarna om 22.20 uur de eerste arrestaties werden verricht op het Plein en om 22.40 uur in de Lange Houtstraat. Arrestanten werden in reeds klaarstaande bussen geladen en moesten de nacht in de cel doorbrengen.
De 9 beklaagden, 2 meisjes en 6 jongens van rond de twintig en een wat oudere man, blijken uit het gehele land te komen. Op de oudere man na werken en/of studeren ze allemaal. Naast een timmerman zit een psychologiestudente, een ICT-specialist wordt geflankeerd door een meisje dat in de thuiszorg werkt en een muziekstudent die lesgeeft op basisscholen, op de hoek zit een beeldend kunstenaar, kortom op het eerste gezicht een doorsnede van onze jeugd.
Op het eerste gezicht.
Het is opvallend dat ze allemaal goed uit hun woorden komen: dit zijn geen domme jongelui, ze weten waar ze het over hebben. Daarnaast merk ik dat – ondanks het feit dat velen elkaar amper kennen – er een grote saamhorigheid onder hen is. Men steunt elkaar en indien mogelijk elkaars verklaring.
Deze mensen hebben besloten de dreiging van een hogere straf te riskeren en niet in te gaan op een eerder voorgestelde financiële schikking. Ze hebben om hun idealen tijdens deze rechtszaak te verdedigen hun studie en werk een dag onderbroken en hun veelal bescheiden geldmiddelen aangewend voor reiskosten met als doel hun stem te laten horen in de zaak waarvoor ze staan: de vrijheid van demonstratie. Een van de basisvrijheden van de mens.
En die zaak verdedigen ze – een aantal met de hulp van een advocaat, een paar zelf – met verve. Aan de gezichtsuitdrukking en even later ook uit de woorden van de aanvankelijk zeer formele rechter is duidelijk op te maken dat hij verrast is door wat er zich voor zijn neus afspeelt. Blijkbaar had hij, net als veel anderen dat zouden hebben na het lezen van het pv van Janssen, tevoren iets heel anders verwacht. Dat “vooroordeel” zou ook wel eens op 15 oktober 2009 een rol hebben kunnen spelen. De overmatig aanwezige hoeveelheid M.E. bij de demonstratie, hoewel in het begin in zogenaamd vredestenue – voor de duidelijkheid, daarmee bedoelt de politie een donkerblauw pak, petje, hoge leren laarzen en volledige bewapening (korte wapenstok, pepperspray, vuurwapen) -, het zonder enige aanwijsbare reden beëindigen van de demonstratie door de burgemeester – hetgeen tegen de wet is, hij heeft dat recht alleen als er een gevaarlijke situatie is ontstaan – het insluiten van demonstranten die de demonstratie wilden verlaten zodat ze geen gevolg meer konden geven aan de vordering zich te verwijderen, het aanhouden van demonstranten die zich niet meer op het plein bevonden en het overmatige geweld dat bij sommige arrestaties is gebruikt – foto’s van letsel werden op de zitting getoond – doen dat vermoeden, zeker als je daarnaast de toonzettingen leest in de pv’s van de politie. Die van hoofdinspecteur Janssen voorop.
Daarnaast meen ik uit de woorden van de Officier van Justitie op te mogen maken dat hij het liefst alle 360 demonstranten had gearresteerd maar dat dit voor de politie een te grote belasting zou zijn en ze daarom gewacht hebben tot er nog een honderdtal over waren, een aantal dat ze wel konden behappen. (tip voor toekomstige demonstranten: zorg dat je altijd met minimaal 150 man overblijft).
De enige reden die ik voor dit soort (overheids)gedrag kan verzinnen is angst. Angst voor mensen die er anders uitzien, angst voor mensen die het niet eens zijn met hoe onze maatschappij is ingericht, angst voor mensen die hun nek durven uitsteken voor verandering.
Ik had gisteren graag tussen die negen op het beklaagdenbankje gezeten. Dan had ik trots op mezelf kunnen zijn, trots om bij een groep mensen te horen die nog idealen hebben in deze maatschappij, trots op mensen voor wie een eerlijkere verdeling van de welvaart belangrijker is dan hun eigen ikje. Na afloop van het snelrecht dat bijna drie uur duurde heb ik met een aantal van de in totaal 105 beklaagden staan praten. Het bleken niet allemaal krakers te zijn, een gedeelte van de beklaagden was sympathisant, sommige (zelfs?) in het bezit van een eigen huis.
Waarover men het had na de zitting? Over de boete die straks eventueel betaald moest worden en de mensen voor wie dit een te groot financieel probleem zou zijn. Over hoe ze die mensen daarbij zouden kunnen helpen door voor hen een benefietconcert te organiseren.
Afgelopen woensdag was voor mij een dag vol verrassingen. Ook ik had – laat ik daar heel open en eerlijk over zijn – iets heel anders verwacht. Want ook ik zit net als zoveel anderen vol vooroordelen.
Deze jongelui vol idealen zo bezig te zien was een warm bad. Jammer dat de media niet aanwezig waren. Dan was ik niet een van de weinigen geweest die afgelopen woensdag weer wat meer hoop voor de toekomst heeft gekregen.
Leuk stuk om te lezen. Zo te horen hadden de burgemeester en de politie wat zorgvuldiger te werk mogen gaan.
Blijft dat ik een kraakverbod een goede zaak vind. Te vaak de ellende gezien die kraken met zich meebrengt. Een groot gedeelte zal vast uit aardige en goedbedoelende mensen bestaan. Maar je hoort van de spullen van een ander af te blijven.